Beste politieke partijen, met name BBB, CDA, JA21, FvD, SGP, VVD
Als je een klimaat wilt beschermen, betekent dit ook dat je de wilde dieren die er wonen moet beschermen.
Als we de wolven in Nederland zouden mogen afschieten, kunnen er verschillende ecologische gevolgen optreden:
1. Verstoring van het ecosysteem
Wolven spelen een belangrijke rol als toppredator. Ze helpen populaties van prooidieren, zoals edelherten en wilde zwijnen, onder controle te houden. Zonder wolven kunnen deze populaties groeien, wat kan leiden tot overbegrazing en schade aan de biodiversiteit.
2. Toename van ziekten bij prooidieren
Wolven jagen vooral op zwakke en zieke dieren, wat helpt om ziekten binnen een populatie te beperken. Als wolven verdwijnen, kunnen ziekten zoals de Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen en schapenschurft vaker voorkomen.
“De wolf is de dirigent van ons ecosysteem.” Met de aanwezigheid van de wolf ontstaat er meer biodiversiteit en een evenwichtiger ecosysteem. Ons menselijk handelen is bijvoorbeeld in belangrijke mate verantwoordelijk voor de verspreiding van besmettelijke ziektes, zoals vogelgriep en Afrikaanse varkenspest. De wolf kan helpen om de verspreiding van varkenspest te verminderen. “De wolf is ook de gezondheidspolitie van een ecosysteem.”
3. Verandering in het gedrag van prooidieren
Met wolven in het landschap passen prooidieren hun gedrag aan door zich minder lang op één plek te voeden en zich anders te verspreiden. Dit voorkomt lokale overbegrazing. Als de wolven verdwijnen, kunnen prooidieren minder waakzaam worden, wat de vegetatie negatief beïnvloedt.
4. Verhoogde overlast door andere predatoren
Wolven onderdrukken kleinere predatoren zoals vossen en wasberen, die anders in aantal kunnen toenemen. Dit kan leiden tot een afname van kleine prooidieren, zoals vogels en knaagdieren.
5. Verlies van genetische diversiteit
Als de wolf wordt bejaagd, kan dit ertoe leiden dat vooral zwakkere dieren overleven, terwijl sterke, genetisch waardevolle individuen worden geschoten. Dit kan de robuustheid van de soort verminderen.
6. Mogelijke juridische en ecologische gevolgen
De wolf is een beschermde diersoort onder de Europese Habitatrichtlijn. Het toestaan van afschot kan juridische consequenties hebben en Nederland verplicht stellen om andere maatregelen te nemen om de soort te beschermen.
Alternatieven voor afschot
In plaats van wolven af te schieten, kunnen preventieve maatregelen zoals elektrische rasters en wolfwerende afrasteringen helpen om conflicten met vee te verminderen. Daarnaast kunnen subsidies voor veehouders bijdragen aan acceptatie en bescherming van hun dieren.
Er zijn verschillende effectieve preventieve maatregelen om vee te beschermen tegen wolven, zonder dat afschot nodig is:
1. Wolfwerende afrastering – Een elektrische omheining van minimaal 1,20 tot 1,40 meter hoog met meerdere stroomdraden voorkomt dat wolven over de afrastering springen of eronder graven.
2. Beschermende kuddehonden – Honden zoals de Pyrenese berghond of de Karpatische herdershond zijn getraind om vee te beschermen tegen roofdieren en kunnen wolven afschrikken.
3. Nachtverblijven – Schapen en ander vee ’s nachts opsluiten in stevige, overdekte nachthokken of kraal-achtige structuren vermindert de kans op aanvallen.
4. Kuddebeheer – Het bijeenhouden van vee in grotere groepen maakt het moeilijker voor wolven om een aanval uit te voeren. Wolven kiezen eerder voor geïsoleerde of zwakke dieren.
5. Visuele en auditieve afschrikmiddelen – Fladderlinten (zoals het Duitse “fladderband”), lichtgevende reflectoren of geluidssystemen kunnen tijdelijk wolven afschrikken, al kunnen ze hier na verloop van tijd aan wennen.
6. Schrikdraad op lage hoogte – Extra stroomdraden op ongeveer 20 cm hoogte kunnen voorkomen dat wolven onder afrasteringen doorkruipen.
7. Sterkere sociale acceptatie en schadevergoeding – Goede compensatieregelingen en subsidies voor beschermende maatregelen kunnen veehouders helpen om preventie serieus te nemen en conflicten te verminderen.
Door een combinatie van deze maatregelen toe te passen, kunnen we vee effectief beschermen zonder het ecosysteem te verstoren door wolven af te schieten.
Goede aanvullingen! De Pavlov-methode en afbakening met ammoniak zijn inderdaad minder bekende, maar effectieve methoden om wolven te weren. Hier een korte uitleg van beide:
1. Pavlov-methode (aversietraining voor wolven)
Dit is een leertechniek waarbij wolven negatieve associaties krijgen met vee als prooi. Dit kan door:
• Kadavers te behandelen met een afschrikmiddel zoals een braakmiddel of een vieze smaak (bijv. lithiumchloride). Als een wolf dit eet en zich daarna ziek voelt, zal hij vee in de toekomst vermijden.
• Elektrische schokken bij het naderen van een prooidier, zodat ze leren dat vee gevaarlijk is.
In sommige gebieden heeft deze methode succesvol geleid tot gedragsverandering bij wolven.
2. Afbakening met ammoniak of andere geurstoffen
In de VS en Canada worden soms sterke geuren zoals ammoniak of roofdierurine (bijv. van beren of tijgers) gebruikt om wolven weg te houden. Wolven vermijden vaak gebieden die naar grotere roofdieren of onnatuurlijke stoffen ruiken.
• Ammoniakdoeken: Lappen gedrenkt in ammoniak of andere afschrikkende stoffen worden rond weilanden geplaatst.
• Roofdiergeur-sprays: Sommige boeren gebruiken urine-extracten van beren of grote katten als afweermiddel.
Deze methoden kunnen een tijdelijke oplossing zijn, maar moeten regelmatig vernieuwd worden omdat wolven eraan kunnen wennen.
Door een combinatie van preventieve maatregelen toe te passen, kunnen wolven en landbouw beter naast elkaar bestaan zonder drastische ingrepen zoals afschot.
Kortom, het afschieten van wolven kan leiden tot ecologische verstoringen en meer problemen dan oplossingen. Een evenwichtige aanpak waarin wolven een plek krijgen in het Nederlandse landschap is waarschijnlijk duurzamer.
Als de politiek en de maatschappij openstaan voor preventieve en duurzame oplossingen, kunnen we samenleven met wolven zonder onnodige conflicten. Het is vaak een kwestie van goede voorlichting, samenwerking en de wil om in balans met de natuur te leven.
De angst voor wolven leidt vaak tot overdreven reacties en ondoordachte maatregelen. Maar angst ontstaat vaak door onbekendheid en verkeerde informatie. Hier zijn een paar manieren om die angst te overwinnen:
1. Feiten boven fabels
Mensen overschatten het gevaar van wolven. In Europa zijn wolven extreem schuw en vermijden ze mensen. Er zijn amper aanvallen op mensen geregistreerd in de afgelopen eeuw. Goede voorlichting over hun werkelijke gedrag kan veel angst wegnemen.
2. Succesverhalen delen
Landen zoals Duitsland en Zwitserland laten zien dat samenleven met wolven mogelijk is, mits er goede preventieve maatregelen zijn. Door deze positieve voorbeelden te belichten, kan de angst afnemen.
3. Emotie en symboliek doorbreken
De wolf is in veel culturen een symbool van gevaar (denk aan sprookjes zoals Roodkapje), wat diepgewortelde angst voedt. Door een realistisch beeld neer te zetten, kunnen we deze irrationele angst verminderen.
4. Dialoog tussen boeren, natuurbeschermers en burgers
Veel weerstand tegen wolven komt uit de landbouwsector. In gesprek gaan met boeren, hen ondersteunen met preventieve maatregelen en schadevergoedingen garanderen, helpt om acceptatie te vergroten.
5. Ervaringen uit de praktijk delen
Mensen die in wolvengebieden wonen en er dagelijks mee te maken hebben, kunnen anderen helpen begrijpen dat wolven geen monsters zijn. Door hun verhalen te delen, kan het beeld van de wolf veranderen.
6. De wolf niet romantiseren, maar normaliseren
Sommige natuurbeschermers maken van de wolf een bijna mythisch dier, terwijl tegenstanders hem als een bloeddorstig roofdier zien. De waarheid ligt in het midden: de wolf is een wild dier dat een plek in de natuur heeft, net als elk ander dier. Door hem gewoon als onderdeel van het ecosysteem te zien, zonder overdreven emotie, kan de angst verminderen.
Angst verdwijnt niet vanzelf, maar met goede informatie, praktische oplossingen en eerlijke communicatie kunnen we een realistischer beeld van de wolf krijgen en leren samenleven.
Hopelijk wint het gezonde verstand het op den duur. De natuur oordeelt niet, maar werkt wel met natuurlijke consequenties. God ook.
Om nog even bij stil te staan
We vertrouwen vaak blindelings op experts. Ze hebben gestudeerd, dus moeten ze het wel weten – toch? Maar daarmee verruilen we kritisch denken voor een veilige plek in de kudde. Cijfers, data, onderzoeken… we nemen ze klakkeloos over, zonder te vragen: "Hoe kwamen ze hier eigenlijk aan?"
En dat is precies waar het misgaat. In een maatschappij die draait om economie en snelheid, worden we overspoeld met halve waarheden. Reguliere media, instanties en zelfs deskundigen laten cruciale informatie weg – soms per ongeluk, soms bewust. Ze draaien ons een rad voor ogen met mooie grafieken en termen als "wetenschappelijk bewezen", terwijl wij denken: "Ach, zij zullen het wel beter weten."
Maar wat als je wél vragen stelt?
"Hoe zijn deze conclusies getrokken? Wie financierde dit onderzoek? Wat wordt hier níét gezegd?" Het is geen complotdenken – het is gezond wantrouwen. Toch krijg je snel labels als "wappie" of "omstreden" als je buiten de gebaande paden treedt. Alsof kritisch zijn synoniem is met gevaarlijk zijn.
De prijs van passiviteit
Wie meeloopt met de schaapskudde, mist wat er achter de schermen gebeurt. Denk aan:
- Gemanipuleerde data (een kleine steekproef, verdachte sponsors),
- Angstzaaierij om bepaalde agenda’s te pushen,
- Verwarringstactieken waardoor je uit pure moeheid maar "ja" zegt.
Zo word je wél een "echt mens":
- Vervang "geloven" door "checken": Vraag bij elk nieuwsbericht: "Waar is dit op gebaseerd?"
- Omarm ongemak: Een écht neutraal denker zoekt actief naar tegenargumenten, zelfs als die pijn doen.
- Wees een detective, geen consument: Kennis is geen fastfood – het vereist zelf graven, vergelijken en durven twijfelen.
"Out of the box"-denkers worden gevreesd – en dat is logisch.
Ze doorzien spelletjes, stellen macht ter discussie en weigeren zichzelf tot willoos schaap te maken. Ja, dat levert scheve blikken op. Maar wie neutraal blijft, raakt niet verzeild in complotten of naïef vertrouwen. Je wordt simpelweg… onmisleidbaar.
Dus vraag jezelf niet: "Wat moet ik geloven?"
Vraag: "Welke mens wil ik zijn?"
- Degene die slaafs data aanneemt?
- Of degene die, altijd doorvraagt?
Ben jij objectief genoeg om het kaf van het koren te scheiden? Ontdek meer en lees Wat weet u van de Wolf.
#bbb, #spg, #cda, #ja21, #fvd, #vvd, #wolf, #boeren, #angst, #vooringenomem, #politiek, #natuur, #rechtsoraak, #rechtbank
Reactie plaatsen
Reacties
Wat een lulverhaal is dit. Er zijn genoeg wolven in veel andere landen. Nederland is veel te klein om hier wolven te laten rondlopen. Daar is gewoon geen ruimte voor. In Nederland leven heel veel dieren vrij dicht op elkaar. Beschermen is praktisch onmogelijk, of tegen zeer hoge kosten.
Zouden jullie mij ook kunnen vertellen hoe ik nog veilig mijn hond op de Veluwe uit kan laten Wolven lopen daar al door de dorpen en binnen kort wandelen ze over de vele campings Waar kinderen dan ook niet veilig zijn Er zijn al honden gebeten En er is ook al een kind aangevallen Dit is niet te ontkennen Daarbij geeft een wolvin elk half jaar vaak een nest van ongeveer 12 welpen Hoe willen jullie verkopen dat dit een plaag word O en kunnen jullie mij ook vertellen waar de burger van Nederland nog veilig in een park zoals de Veluwe kan wandelen want natuur is dit niet te noemen Daarbij wat gaan jullie straks aan de ziektes doen die onder deze uitbreken entstoffen voeren werkt nl niet
Het is wél belangrijk dat er goede voorlichting komt, en dat mensen weten wat te doen in wolvengebieden. Je hond aanlijnen in natuurgebieden is daar een onderdeel van, net als niet voeren, geen kadavers laten slingeren, en respect voor het wilde dier.
Ik snap je zorgen, echt waar. Maar wolven mijden van nature mensen en bij goed gedrag (zoals honden aanlijnen) zijn er nauwelijks incidenten.
We vergeten vaak dat kinderen vaker worden aangevallen door huisdieren, zoals honden, dan door wilde dieren zoals de wolf. Angst voor de wolf is begrijpelijk, maar vaak niet in verhouding tot de werkelijke risico’s.
Begrijpelijk dat je bezorgd bent, maar laten we niet meegaan in angst zonder feiten. Eén incident maakt geen gevaarlijk roofdier. Mensen raken ook gewond door honden, herten of wilde zwijnen—toch roepen we dan niet om afschot.
Wolven houden zichzelf in toom, krijgen niet “elke zes maanden 12 welpen”, en zorgen juist voor een gezondere natuur door zieke dieren op te ruimen. Wolven krijgen zelden twee keer per jaar een nest; één worp per jaar is normaal, en gemiddeld gaat het dan om 4–6 welpen, waarvan er ook nog eens maar een deel volwassen wordt. Dat het “een plaag” zou worden, klopt niet met hoe een wolvenroedel functioneert—die houdt zichzelf in balans op basis van territorium en voedselaanbod.
De Veluwe blijft een plek voor mens én dier. Het is niet óf-óf, maar én-én—als we elkaar de ruimte geven.
Dat de wolf dicht bij de mens komt doen we deels zelf. Daardoor zijn ze minder schuw. Het betekent niet dat ze ‘tam’ zijn, maar wel dat ze mensen eerder negeren dan vluchten. Soms worden ze indirect gevoerd. Er zijn ook gevallen geweest van kadavers of voedselafval dat bleef liggen in natuurgebieden. Als wolven daar herhaaldelijk op kunnen rekenen, kunnen ze die plekken gaan opzoeken. En dat is juist wat we niet willen.
Dat maakt Nederland niet ongeschikt, maar vraagt wél om bewust omgaan met natuur. Niet voeren, geen afval laten liggen, en ze hun wilde gedrag laten behouden. Dan blijft samenleven prima mogelijk.
Dan zeg je “Daarbij wat gaan jullie straks aan de ziektes doen die onder deze uitbreken entstoffen voeren werkt nl niet”
Deze uitspraak lijkt gebaseerd op misvattingen of halve waarheden. Laten we het even op een rij zetten:
1. “Ziektes die uitbreken onder wolven” – klopt dat?
In de natuur komen ziektes natuurlijk voor, ook bij wolven. Maar wolven verspreiden doorgaans geen ziektes onder mensen of huisdieren, juist omdat ze in kleine, gesloten roedels leven en weinig fysiek contact met mensen hebben.
Sterker nog: wolven helpen juist ziektes beperken in wildpopulaties. Ze jagen vaak op zwakke of zieke dieren, wat voorkomt dat infecties zich verder verspreiden. Dit is een natuurlijke vorm van ‘gezondheidszorg’ binnen ecosystemen.
2. “Entstoffen voeren werkt niet” – klopt dat?
Die uitspraak lijkt gebaseerd op verwarring met bijv. het vaccineren van vossen tegen rabiës in andere landen (waar soms orale vaccins worden verspreid via lokaas).
Maar in Nederland is dat bij wolven totaal niet aan de orde—niemand vaccineert wilde wolven, en het is ook niet nodig. Er is geen reden om aan te nemen dat wolven op grote schaal ziektes onder elkaar of andere dieren verspreiden die entstoffen vereisen.
Ze vormen dus eerder een bescherming tegen uitbraak van ziektes dan een.
Echter hondsdolheid (rabiës) is een ziekte die ook wolven kunnen dragen. Gelukkig wordt deze ziekte goed gemonitord, en in Nederland is rabiës onder wilde dieren uiterst zeldzaam. Er zijn vaccinaties voor zowel dieren als mensen beschikbaar, mocht er een uitbraak plaatsvinden. Wolven in Nederland vormen momenteel geen direct risico voor deze ziekte, maar het blijft een goed punt om in de gaten te houden. Het risico is echter veel kleiner dan vaak wordt gedacht, omdat rabiës hier goed beheerd wordt.
Het ecosysteem heeft het 150 jaar zónder wolf gedaan.
Waarom nu dan zo belangrijk????
Het klopt dat het ecosysteem in Nederland ruim 150 jaar zonder wolf heeft gefunctioneerd, maar dat betekent niet dat het optimaal of gezond was. Maar dat ging niet vanzelf of zonder gevolgen. In die tijd moest de mens zelf ingrijpen om overpopulaties van bijvoorbeeld reeën en zwijnen te beheersen—door afschot. En zelfs dan kwamen ziektes zoals Afrikaanse varkenspest of blauwtongepidemieën regelmatig voor, juist omdat natuurlijke regulatie ontbrak. En wat vaak vergeten wordt: als een wolf een kadaver achterlaat, is dat geen verspilling—het voedt andere dieren, aaseters, insecten en zelfs de bodem. Dat is natuurlijke kringloop in zijn puurste vorm. De wolf jaagt op de zwakkere dieren en houdt zo populaties gezonder en kleiner, wat bijdraagt aan een stabieler ecosysteem. Zijn terugkeer herstelt dus iets wat al die tijd kunstmatig in stand werd gehouden—vaak met minder succes en meer schade
De wolf brengt niet alleen balans, hij voedt het systeem op een manier die wij met al onze beheersmaatregelen niet kunnen nabootsen. Zou zeggen, ga zelf eens op onderzoek uit.
In dit stuk gaat het over checken.
Ik ben nu benieuwd waar de beweringen in dit verhaal in Nederland of in een ander land/gebied zijn gecontroleerd dat dezelfde omstandigheden heeft. Versnipperde kleine natuurparken die ook nog eens vol zitten met mensen (recreanten) en de bosrand naadloos overgaat in weiland met weidedieren? En waar uit blijkt dat in Nederland ook voornamelijk de zwakkere prooien gepakt worden door wolven? En waaruit blijkt hoe wolven schuw blijven als ze continue mensen om zich heen waarnemen? Maw waaruit blijkt dat de bevindingen uit andere delen van de wereld ook toe te passen zijn op Nederland? En waar uit blijkt dat wij hier in Nederland in tegenstelling tot nagenoeg alle andere landen niet hoeven over te gaan tot beheer (met afschot of verdoving)?
Goede en terechte vragen—want het is belangrijk om kritisch te kijken of buitenlandse ervaringen 1-op-1 toepasbaar zijn op de Nederlandse situatie.
1. Over versnippering en menselijke aanwezigheid:
Nederland is uniek door de hoge bevolkingsdichtheid en versnippering van natuur, maar er zijn vergelijkbare regio’s waar ook wolven leven—zoals in delen van Duitsland, België, Italië en zelfs Zwitserland. Ook daar leven wolven dicht bij mensen, steken ze wegen over en jagen ze in mozaïeklandschappen. Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat wolven zich opmerkelijk goed kunnen aanpassen aan zulke omstandigheden, zolang ze niet actief worden gevoerd of geassocieerd raken met voedsel van mensen.
2. Over het jagen op zwakke prooien:
Uit veldonderzoek en karkasanalyses in Nederland (bijv. Veluwe en Drenthe) blijkt dat wolven inderdaad vaak kiezen voor zwakkere dieren: jonge, zieke of verzwakte exemplaren. Dit is consistent met wat elders in Europa en Noord-Amerika is vastgesteld. Het is energie-efficiënt gedrag: een gezonde volwassen ree vangen kost simpelweg meer moeite dan een zwakker dier.
3. Over schuw gedrag ondanks mensen in de buurt:
Wolven zien en ruiken ons vaak, maar vermijden direct contact vrijwel altijd. In Nederland zijn er inmiddels meerdere roedels en tientallen wolven waargenomen, en toch zijn daadwerkelijke ontmoetingen met mensen uiterst zeldzaam. Dat zegt veel. Wolven houden hun schuwheid zolang wij ze niet belonen met voedsel of ze leren dat mensen ‘ongevaarlijk’ zijn. Daarom is goed gedrag van onze kant cruciaal.
4. Over beheer of afschot in Nederland:
Beheer is een reële discussie, maar in Nederland geldt (nog) geen structurele noodzaak voor afschot. Dat wil niet zeggen dat het nooit aan de orde zal zijn, maar op dit moment is het aantal wolven nog klein, en wordt de populatie nauwkeurig gevolgd. Zolang er geen structurele overlast of gedragsproblemen zijn, is preventie effectiever dan direct ingrijpen.
Tot slot: nee, Nederland is niet identiek aan andere landen. Maar de ecologische principes achter wolvengedrag zijn universeel. Wat werkt in soortgelijke regio’s, kunnen we hier met verstand toepassen—mits we blijven monitoren, evalueren en tijdig bijsturen waar nodig.
Wolven gebruiken inderdaad territoria, maar ze hebben niet per se gigantische wildernis nodig. Ze passen zich juist opvallend goed aan aan mozaïeklandschappen zoals we die in Nederland hebben, zolang er voldoende voedsel is en ze niet actief verstoord worden.
Een roedel heeft gemiddeld 200–300 km² nodig, wat in Nederland prima haalbaar is, zeker in gebieden als de Veluwe, de Achterhoek en delen van Drenthe. De mythes over ‘te klein land’ gaan vaak voorbij aan hoe flexibel wolven in werkelijkheid zijn.